Dropshotten, hoe moet dat?

Laten we direct met de deur in huis vallen; dropshotten werkt super! Ook voor degenen die niet beschikken over de meest geavanceerde apparatuur en alleen zo nu en dan een hengeltje willen uitgooien, zonder allerlei ingewikkelde poespas. Je kunt het dropshotten eenvoudig toepassen vanaf de oever en natuurlijk vanuit de boot.

Tekst en foto's: Alex Boom en Sjoerd Beljaars

Iedereen kan dropshotten

Het meest opvallende aan het dropshotten, is dat de haak rechtstreeks en loodrecht op de onderlijn geknoopt wordt. Op deze haak wordt een shadje geprikt. Aan het uiteinde van de onderlijn wordt er, enkele centimeters onder de haak, een loodje bevestigd. Voilá, de dropshotmontage in het kort. Niet erg ingewikkeld dus. Dat is juist ook het mooie ervan. Natuurlijk kun je het zo gek maken als je wilt, maar als je het gewoon een keer wilt proberen, ben je met een luttel bedrag aan euro’s klaar. Wat shadjes, (wartel)loodjes, een spoeltje 28/00 tot 36/00 nylon (beter nog is fluorocarbon), een paar dropshothaakjes en dit blog voor uitleg natuurlijk! Hopelijk heb je in de schuur nog een licht (30 grams) spinhengeltje liggen en een klein molentje met daarop ca. 10/00 gevlochten lijn. Dan ben je in principe klaar voor je eerste kennismaking met het veelbelovende dropshotten.

Dropshot_Onderlijn_Raven

Hoe moet je dropshotten?

Heb je een boot nodig? Natuurlijk brengt een boot je op meer of betere stekken, maar een must is het zeker niet. Vanaf de kant kun je prima uit de voeten met deze techniek. Mooie stekken zijn sluiscomplexen, overlopen van kanalen, havens, bruggen; eigenlijk alle plekken waar een andere stroming staat of waar structuren in het water te vinden zijn. Laten we ons toespitsen op twee verschillende manieren van dropshotten. Vanaf de kant welteverstaan, omdat dit voor iedereen het meest toegankelijk is.

Over de eerste manier kunnen we kort zijn. Je laat de montage langs een interessante structuur zakken, bijvoorbeeld een steiger of brugpeiler. Hierna sleep je met de hengel langzaam, met af en toe een tikje, de montage over de bodem.

kanaal_brug_raven1

De tweede techniek vraagt om wat meer subtiliteit en vooral beheersing. Je werpt de montage uit en vist hem heel langzaam binnen. Je sleept als het ware de montage over de bodem door de hengeltop naar je toe te bewegen. Breng de hengeltop niet te ver naar je toe; de 10 uur stand moet je eigenlijk als maximum aanhouden. Zo houd je bij een aanbeet genoeg ruimte over voor het aanslaan. Op het moment dat je de hengeltop weer van je af beweegt, draai je de ‘overtollige’ lijn op de molenspoel.

We leggen hier de nadruk op het heel langzaam binnenvissen, omdat dit heel erg belangrijk is! Voor beginners geldt (vooral in de winter) de volgende stelregel: ‘als je denkt dat je te langzaam vist, dan is het eigenlijk nog te snel’. Het binnenvissen van een worp van ca. 30 meter, kan zo gerust drie minuten duren! Soms loont het zelfs om de shad 10 seconden op een bepaalde plek te laten rusten en hem heel subtiel af en toe een tikje te geven. Mochten de aanbeten nog steeds uitblijven, dan kun je de snelheid van het binnenvissen ietsjes opschroeven. De plek waar je nu een aanbeet krijgt, kun je daarna millimeter voor millimeter uitkammen. Dat is sowieso raadzaam bij het vissen op baars en snoekbaars, aangezien dit echte scholenvissen zijn.

Voordelen van het dropshotten

De kenners zullen inmiddels al de gelijkenis met het verticalen (en diagonalen) opgemerkt hebben en die is er ook wel degelijk. Toch biedt het dropshotten een aantal voordelen ten opzichte van het verticalen.

Wat zijn goede snoekbaarsstekken? Wel, dat zijn doorgaans grillige bodemstructuren. Steenstortingen, mosselbanken, verzonken bomen, kortom plekken waar je snel vast kunt komen te zitten. Het mooie aan het dropshotten is dat je haak, in tegenstelling tot het verticalen, nauwelijks in de buurt komt van de bodem, in ieder geval niet dicht genoeg om continu vast te lopen. Je komt heus wel een keer vast te zitten, maar in de meeste gevallen trek je alles gemakkelijk weer los, omdat je in de meeste gevallen slechts het loodje tussen de ‘troep’ vandaan moet trekken.

dropshot_kunstaas_closeup_raven

Het continu net boven de bodem vissen levert nog een voordeel op. Vooral snoekbaars zoekt zijn prooi in een bepaalde zone. Dit kun je zien als een soort aasstrook; van enkele centimeters van de bodem tot wel 60 cm omhoog. Bij het verticalen penetreer je deze aaszone wel, maar bij een deel van de stijgende en dalende actie van de shad valt hij daarbuiten en is hij dus niet productief. Dit probleem heb je niet bij dropshotten, omdat het loodje constant over de bodem huppelt. Door de hoogte van het shadje aan te passen (het loodje omhoog of omlaag op de lijn zetten), kun je ervoor zorgen dat je altijd in de aaszone van de vis zit en ben je dus veel productiever aan het vissen. Anders gezegd kun je met dropshotten veel beter de aaszone benutten, dan met het verticalen.

Natuurlijk heeft het verticalen ook zijn sterke punten, maar het kan zeker geen kwaad om het dropshotten als techniek in het snoekbaars- en baarsrepertoire op te nemen. Iets waarmee het dropshotten zich onderscheidt van alle andere technieken, is dat je vrijwel nooit te maken zult krijgen met ingeslikt kunstaas. Voor snoekbaars, baars en bijvangsten is het nagenoeg onmogelijk om de shad diep naar binnen te werken. Dit heeft alles te maken met het feit dat de haak loodrecht op de onderlijn geknoopt zit, tussen twee contragewichten; jijzelf met de hengel en het dropshotloodje. Pakt een roofvis het shadje, dan weerhoudt de lijn hem van het ver naar binnen slikken van de haak. In 99% van de gevallen zit de haak daardoor netjes in de bovenkaak of in de hoek van de bek. Niet alleen comfortabel bij het onthaken, maar natuurlijk ook fijn voor vriend roofvis.

roofvis_snoekbaars_softbait_dropshot

Verfijnd dropshotten

Wanneer je een nieuwe techniek toepast en het gaat je voor de wind, dan ga je je al snel serieuzer met de betreffende visserij bezighouden. Misschien dat je het bijvoorbeeld eens vanuit de boot gaat proberen. Veel verandert er dan overigens niet aan de techniek, het heeft dan iets weg van langzaam slepen over de bodem. In ieder geval zul je waarschijnlijk de behoefte krijgen om het een en ander te verfijnen. Logisch, alles is immers voor verbetering vatbaar. Ook dropshotten.

Laten we eens beginnen met de hengel. Vis je veel vanaf de kant, dan kun je het best kiezen voor een wat langer model (2,70 - 3,00 meter). Die langere hengel helpt je om de lijn zoveel mogelijk verticaal te kunnen houden. Voor het vissen vanuit de boot is een korter model meer geschikt (2,10 – 2,30 meter). Qua actie voldoet een vrij stugge hengel (minder stug dan verticaalhengel) met een zachte top en met 7 – 21 gram werpvermogen.

Als onderlijn kun je nylon gebruiken, maar fluorocarbon is beter. Aangezien je tussen stenen, mosselen, enzovoorts vist, loopt de onderlijn al gauw beschadigingen op. Fluorocarbon is hier beter tegen bestand dan nylon en is bovendien minder zichtbaar onder water. Kies bovenal een dikke onderlijn van 28/00 tot 36/00. Met dunner materiaal loop je het risico dat de haak gaat draaien. De haak moet namelijk loodrecht op de onderlijn geknoopt worden, zonder dat hij gaat kantelen of schuiven.

Ook op het gebied van lood kan er het een en ander verfijnd worden. Wartellood is goed hoor, maar geloof het of niet, er zijn zelfs speciale dropshotloodjes op de markt. Dit zijn langgerekte modellen, die na het neerkomen op de bodem omvallen en de shad net dat beetje extra actie geven. De gewichten van dropshotloodjes liggen tussen de 7 en 28 gram. Welk loodgewicht je kiest, is afhankelijk van de stroming, wind, diepte enzovoorts.

Het kunstaas

dropshot_kunstaas_raven

Voor het dropshotten lenen softbaits, of beter gezegd shads, zich het best. Alles is mogelijk, maar één aspect is cruciaal; de shad moet drijven! Door het gewicht van de haak zal hij dan min of meer suspending (zwevend) worden. Zo niet, dan staat het shadje op het moment dat het niet beweegt, niet horizontaal en gaat hij in het ergste geval hangen. Dat is ook de reden waarom je bij klein kunstaas beter geen staartdreg kunt gebruiken. Die zou de actie van de shad alleen maar negatief beïnvloeden. Neem de shads ook niet te groot; bij voorkeur shadjes van zo'n 6 tot 10 centimeter.

Laat je niet afschrikken door al deze materialen. Probeer de techniek eerst eens op je gemak uit op een ‘laagdrempelige’ manier en kijk of het wat voor je is. Mocht dat zo zijn (waarschijnlijk wel), dan kun je altijd nog deze verfijningen toepassen, die het dropshotten alleen maar succesvoller en aangenamer maken.

Tot slot

Heb je nog vragen over het dropshotten? Stel deze dan gerust aan onze klantenservice, we staan je graag te woord. Of kom eens langs in een van onze hengelsport winkels in Almelo, Lelystad. Rijen, of Steenwijk!

Wil jij ook succes boeken met je volgende roofvissessie? Zorg dan dat je snel de juiste roofvisspullen in huis haalt, en wie weet pak jij binnenkort je pr van het jaar!

Deel je vangsten met ons! Dit kan altijd via onze social media Instagram en natuurlijk Facebook Of stuur je foto's op naar Foto@raven.nl en wellicht zie jij jouw vangst voorbij komen op één van onze social media kanalen!